Hoe werkt het?

In elke proefopstelling doorloop je 5 stappen:

  1. De voorbereiding
  2. De instrumenten
  3. Het experiment
  4. De lakmoesproef
  5. Het vrije experiment

Noteer je antwoorden op de vragen op papier of in een Word-bestand.

Succes!

Wat heb je nodig?

  • Pen en papier of een leeg Word-bestand
  • Koptelefoon of oortjes
Ga naar stap 1

Stap 1: De voorbereiding

Wat doen literatuuronderzoekers met Bredero’s liederen?

In de zeventiende eeuw zong men er in Nederland lustig op los. Zingen was een tijdverdrijf voor iedereen: voor jongeren, ouderen, rijken, armen, stads- en plattelandsbewoners. Voor die grote groepen zangers werden tienduizenden liedjes gemaakt, bijvoorbeeld door Gerbrand Adriaenszoon Bredero. Hij was een van de bekendste lieddichters uit die tijd.

Bredero’s liederen hebben vaak wat schunnige, lichtzinnige teksten, maar dat zie je op het eerste gezicht soms niet en dat maakt de liederen voor onderzoekers interessant. Want wat zit er allemaal in die liedteksten verborgen, hoe haalden tijdgenoten van Bredero die betekenis eruit, en hoe houden die liederen betekenis voor niet-tijdgenoten?

In deze proef onderzoek je welke betekenis Bredero’s liedjes in de zeventiende eeuw gehad kunnen hebben door ze te plaatsen in de context van andere teksten die de zangers van toen goed kenden (de ‘cultuurhistorische context’). Als Bredero aan het eind van zijn Koortsig Liedje bijvoorbeeld schrijft:

hij stierf in haar schoot een suikerzoete dood, waar zij zich slap om lachte

dan zullen zeventiende-eeuwse lezers begrepen hebben dat de ‘hij’ niet letterlijk sterft, maar is klaargekomen. Ze waren vertrouwd met vergelijkingen tussen seks en dood, omdat die indertijd in heel veel andere teksten gemaakt werden. Daarom konden ze deze regel figuurlijk lezen. Hoe je dat als onderzoeker ook kan doen, leer je in stap 2 en 3.

In stap 4 gaan we naar de moderne tijd. In 2018 is het 400 geleden dat Bredero overleed, en dat wordt groots herdacht. Kennelijk heeft zijn werk ook nog betekenis voor hedendaagse lezers, maar hoe geven niet-tijdgenoten van Bredero aan zijn liederen betekenis? Zij kennen immers die zeventiende-eeuwse culturele context niet meer, hoe blijft zijn werk toch waarde houden?

Opdrachten

Om de zeventiende-eeuwse betekenis van Bredero’s liederen te achterhalen, moeten we dus onderzoeken hoe zijn teksten betekenis kregen in de context van andere teksten. Maar hoe gaat dat eigenlijk, dat teksten betekenis krijgen doordat deze verbonden zijn met andere teksten? Dat effect treedt nog steeds op, en om het te onderzoeken bestuderen we eerst het verband tussen twee moderne liederen. In de opdrachten bij stap 2 leer je vervolgens hoe je dat effect in Bredero’s zeventiende-eeuwse liederen kunt onderzoeken.

  1. Kijk naar de volgende twee filmpjes, met verschillende versies van het lied ‘15 miljoen mensen’, dat gaat over het Nederlanderschap: versie 1 (‘15 Miljoen mensen’ – Reclame, 1997), versie 2 (‘Koningin van alle mensen’ – RTL Boulevard, 2013). Het eerste lied is oorspronkelijk geschreven voor een reclame van de Postbank. Het tweede lied werd gemaakt door Nederlandse artiesten bij het afscheid van koningin Beatrix in 2013, op initiatief van het tv-programma RTL Boulevard.
    Beide liedjes hebben dezelfde melodie. En in beide teksten zijn ideeën en gedachten te vinden over hoe Nederlanders zijn. Zie je ideeën uit de eerste versie die terugkomen in de tweede versie? Geef een voorbeeld. Geef vervolgens aan hoe dat het idee dat terugkeert in het tweede lied voor jou betekenis krijgt door die verwijzing naar het eerste lied.

In de volgende stap leer je hoe zeventiende-eeuwse lezers betekenis konden geven aan liedteksten van Bredero door verbanden te leggen tussen Bredero’s liederen en andere teksten die ze kenden.

Stap 2: De instrumenten

Een vraag, instrumentarium en een methode

Als je een antwoord wilt vinden op een wetenschappelijke vraag als ‘hoe kregen de liedjes van Bredero betekenis in hun historische context?’, dan moet je eerst heel duidelijk weten wat je precies gaat onderzoeken. Daarom hebben we zo’n brede vraag preciezer en smaller gemaakt in stap 1: ‘hoe kregen de liedjes van Bredero betekenis door hun inbedding in andere, bestaande teksten?’. Hoe preciezer de vraag, hoe beter er een antwoord op te geven is.

Heb je de vraag scherp, dan heb je daarna instrumenten nodig waarmee je kunt beschrijven wat je als onderzoeker aantreft. Als iedereen met die instrumenten werkt, krijg je een methode die het mogelijk maakt onderzoeksresultaten te vergelijken. Systematisch gebruik van terminologie is nodig om je onderzoek uit te voeren (een analyse te maken) en de resultaten met anderen te delen. In deze proef is ons analytisch instrument de term ‘onderhandeling’.

De term ‘tekst als onderhandeling’

Literatuurwetenschappers verstaan onder de term ‘onderhandeling’ het proces dat zich tussen nieuwe en bestaande teksten afspeelt. Zij gaan ervan uit dat de wisselwerking die tussen bestaande en nieuwe teksten plaatsvindt, elke afzonderlijke tekst betekenis geeft. Volgens de literatuurwetenschapper Stephen Greenblatt kunnen we als twintigste-eeuwer zo dicht mogelijk bij de zeventiende-eeuwse betekenis en impact van teksten komen als we teksten in vergelijking met andere teksten bestuderen. Het liefst gebruikt hij daarvoor teksten uit verschillende genres en domeinen van een historische samenleving: hij leest juridische, literaire en religieuze teksten naast en in interactie met elkaar. Zo zie je de onderhandelingen die gaande waren, en kom je op het spoor welke betekenissen teksten gehad zullen hebben.

Hoe werkt het om zo te lezen?

Tijdens de vorige stap heb je al ontdekt dat moderne liedjes over Nederland betekenis geven aan elkaar. Dat is in het geval van Bredero’s liedjes niet anders. We geven een voorbeeld: in veel van Bredero’s liedjes komen we beschrijvingen van een wat rommelig boerenleven tegen. De stadse zangers van Bredero’s liederen zullen hierin het stereotype beeld van losbandige boeren herkend hebben dat ze uit andere teksten kenden. Ze gaven zo betekenis aan Bredero’s teksten door die af te zetten tegen wat ze al lazen.

Hoe begin je als modern onderzoeker in het immense stelsel van met elkaar samenhangende teksten sporen van onderhandeling te zien, als je zelf niet in de zeventiende eeuw leeft? Hier leunen literatuuronderzoekers op elkaars werk: niemand kan het geheel in zijn eentje overzien. Maar we hebben veel aan het werk van afzonderlijke onderzoekers die afzonderlijke teksten nauwkeurig onderzocht hebben. Zij hebben bijvoorbeeld elk woord met behulp van een woordenboek van betekenis voorzien. Als we die informatie verzamelen en doorzoekbaar maken, komen we stelsels van betekenis op het spoor.

Wat levert zo lezen op?

Kijken we bijvoorbeeld naar Bredero’s lied Kockje. Plaats je dat tegen de achtergrond van heel veel andere zeventiende-eeuwse teksten, dan zie je dat het woord ‘kokje’ gebruikt werd in de betekenis van ‘kokkin’, maar ook ‘hoer’. Zowel een kokkin als een hoer houden zich in hun beroep met hete zaken bezig, en vandaar de link. Lezers die de link kenden en begrepen, lazen in die ogenschijnlijk brave liedjes van Bredero iets schunnigs. Het ontdekken van die link brengt je een stapje dichterbij het woordenspel dat Bredero speelde met zijn publiek.

Opdrachten

  1. Voor de context van liederen is de zogenaamde Liederenbank van groot belang. Dat is een databank met circa 170.000 Nederlandse liedjes, waarvan de melodie en in sommige gevallen ook de tekst helemaal te vinden is. Zoek nu het liedje Kockje op in de Liederenbank. Wat kun je over het lied Kockje te weten komen door te kijken naar andere liederen die op dezelfde melodie geschreven zijn? Je kunt zowel achteruit kijken (welke liederen waren er al eerder?), als vooruit (welke liederen kwamen er later?).

De Liederenbank heeft duidelijk gemaakt hoe je als onderzoeker een lied in zijn historische context kunt plaatsen om de betekenis van dat lied op het spoor te komen. In de volgende stap ga je met deze kennis aan de slag, en analyseer je het lied Gierige Gerrit van Bredero.

Stap 3: Het experiment

In deze stap kun je zelf aan de slag met de instrumenten die in de vorige stap uitgelegd zijn. We nemen nu niet de Liederenbank maar de Digitale Bibliotheek Nederlandse Letteren en De Geïntegreerde Taalbank als databanken waarmee we op zoek gaan naar mogelijke betekenissen van een lied van Bredero: Van gierige Gerrit, en de Modde van Gompen. Het gaat over twee foeilelijke personages die verliefd worden op elkaar.

De Geïntegreerde Taalbank is opgedeeld in verschillende woordenboeken en perioden van het historische Nederlands:

  • Oudnederlands Woordenboek  (ONW): 500-1200
  • Vroegmiddelnederlands Woordenboek (VMW): 1200-1300
  • Middelnederlandsch Woordenboek (MNW): 1250-1550
  • Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT): 1500-1976
  • Woordenboek der Friese Taal (WFT): 1800-1975

Bredero’s liedjes werden geschreven in de zeventiende eeuw. Voor deze proef zul je dus alleen ‘WNT’ aan moeten vinken in de applicatie.

Opdrachten

  1. Lees het lied ‘Van gierige Gerrit, en Modde van Gompen’ in het Groot lied-boeck van Bredero globaal door. Zoek dan in het WNT op wat ‘Modde’ betekent (vul ‘Modde’ in na ‘Mod. Ned. trefwoord’ en vink alleen ‘WNT’ aan).
  2. Onderzoek nu in welke betekenis het woord ‘modde’ in Bredero’s tijd gebruikt kon worden. Vink in het scherm met zoekresultaten de optie ‘Citaten’ aan. Dan zie je dat het woord eerder bijvoorbeeld al werd gebruikt in Van Breugels Boertige Clucht uit 1612. Hoe zou je deze tekst kunnen gebruiken om erachter te komen wat het woord ‘modde’ betekende in Bredero’s tijd?
  3. Doe dezelfde zoekopdracht voor het woord ‘Modde’ nog eens in het zoekscherm van het WNT, en vink dan ook ‘MNW’ (Middelnederlands Woordenboek) aan. Wat is er met de betekenis van dat woord gebeurd in de loop der tijd?
  4. In het 5de couplet wordt een verwijzing gemaakt naar ‘Rosbaijer’, het ros Beiaard waarop volgens de middeleeuwse legende de vier Heemskinderen reden. Typ dit woord in in de Ngram viewer die voor de DBNL gemaakt is. Daarmee kun je kijken waar en hoe vaak het voorkomt in teksten in de Digitale Bibliotheek Nederlandse Letteren. Wat kun je uit de grafiek die de Ngram viewer je biedt afleiden over de populariteit van deze legende in Bredero’s tijd? En wat zegt het dan mogelijk dat deze verwijzing in het lied voorkomt? Let op: bij gebruik van de Ngram viewer kun je kiezen voor de optie ‘met spellingsvarianten’. Dat is niet de standaardoptie, maar kies daar wel voor om dit onderzoekje goed uit te kunnen voeren.
  5. We zien dus dat Bredero’s liedjes associaties aangaan met andere teksten, of ‘onderhandelen’ met de achtergrondkennis van het publiek. We zien ook dat liedjes dat nog altijd doen. Wat doet Bredero met de achtergrondkennis van zijn publiek in dit specifieke lied?

In deze stap heb je het lied Gierige Gerrit geanalyseerd op een paar woordjes die duidelijk zichtbaar maken dat dit lied vastzat aan al bestaande teksten. En op zijn beurt ook weer andere dichters geïnspireerd heeft tot het schrijven van nieuwe teksten. In de volgende stap ga je leren hoe je als onderzoeker kunt kijken naar wat er na de tijd van Bredero met zijn liederen gebeurde om ze betekenis te geven.

Stap 4: De lakmoesproef

Let op: de bronnen van deze stap zijn niet meer beschikbaar. LitLab werkt aan een alternatief.

In deze stap kijk je naar moderne tijden, en analyseer je verschillende methoden die bedacht zijn om historische teksten levend te houden.

  1. Lees dit fragment uit een artikel dat in 1897 verscheen in Elsevier’s geïllustreerd maandschrift. Dat artikel probeerde negentiende-eeuwse lezers kennis over Bredero en over zijn liederen bij te brengen. Elsevier koos er indertijd voor als het ware een remake van dat lied te maken. Wat was precies de aanpak van dat tijdschrift?
  2. Hoe verhoudt de methode-Elsevier zich tot wat literatuuronderzoeker Greenblatt voorstelde als methode om historische teksten te begrijpen en levend te houden?

Opdrachten

Schrijf een essay van 400 woorden waarin je een van de volgende stellingen onderbouwt of weerlegt. Probeer voorbeelden uit de vorige stappen te gebruiken.

  1. Tegenwoordig hebben popliedjes een andere functie dan de populaire liederen van Bredero in de zeventiende eeuw.
  2. Net als de liederen van Bredero gaan ook hedendaagse (pop-)liedjes een ‘onderhandeling’ aan met andere liedjes, beelden of teksten.
  3. Als hedendaagse lezers leren we oude teksten zoals de liederen van Bredero beter begrijpen via de ‘methode Elsevier‘ dan via de ‘methode DWDD’.

In deze stap heb je gereflecteerd op de vorige stappen door een standpunt te ondersteunen of juist te weerleggen.

Stap 5: Het vrije experiment

In het vrije experiment is er ruimte om naar eigen inzicht verder onderzoek te doen met de instrumenten en tools die we in deze proef gebruikt hebben, bijvoorbeeld ook als opstapje voor het schrijven van een profielwerkstuk. Daarnaast is het vrije experiment een ruimte voor creatief schrijven. We geven je richtlijnen om creatief te reflecteren op de thema’s die in deze proef aan de orde kwamen. Hieronder staan opdrachten waaruit je kunt kiezen. Als je zelf een andere suggestie hebt om creatief te schrijven of verder te werken met de tools, leg die dan voor aan je docent.

Opdrachten

  1. In deze proef heb je kennis gemaakt met een boertig liedje van Bredero. Dat heb je geplaatst tegen de achtergrond van andere liedjes. Maar wat als je het leest tegen de achtergrond van heel andersoortige teksten, bijvoorbeeld psalmen?  Schrijf een onderzoeksopzet van 200 woorden voor een onderzoek waarin je een dergelijke vergelijking tussen verschillende genres maakt. Beschrijf daarin wat je vraag is, hoe je die vraag gaat beantwoorden en wat je onderzoek gaat opleveren.
  2. Maak een remake van een van de liedjes van Bredero. Bedenk hoe je de stijl van het liedje zo goed mogelijk in hedendaags Nederlands kunt overzetten en denk na over een passende, bekende melodie.

Heeft dit onderwerp je interesse en wil je ermee verder? Klik dan eens op de ‘Profielwerkstuk’-knop en lees enkele suggesties voor grotere onderzoeksvragen die je in een profielwerkstuk kunt uitdiepen.

Proeven_respons

Deze proef werd bedacht en geschreven door Sara Koops.