Spelregels

In deze leesclub discussieer je met een groepje van 4 tot 6 lezers over Dit zijn de namen van Tommy Wieringa. Je doet dat aan de hand van kaartjes met vragen over de tekst. De leesclub begint met een korte inleiding, die een van de spelers voorleest. Daarna volgen 4 rondes:

  1. Ronde 1 bestaat uit 5 quizvragen over de tekst. Een van de spelers leest de vragen voor en alle spelers (inclusief voorlezer) schrijven hun antwoorden op een blaadje. Na het omdraaien van de laatste vraag verschijnen de juiste antwoorden in beeld. Daarna berekent iedereen zijn score.
  2. Ronde 2 is een algemeen vragenrondje over de tekst: de spelers benoemen om de beurt wat ze onduidelijk vonden en proberen samen een antwoord te vinden. Als de grootste onduidelijkheden opgelost zijn, begint ronde 3.
  3. Degene met de meeste goede antwoorden op de quizvragen mag als eerste een kaartje van de discussievragen omdraaien van een stapel naar keuze. Hij of zij geeft antwoord op de vraag, waarna de rest mag reageren. Vervolgens kiezen de overige spelers om de beurt een kaartje van een van beide stapels. Als een discussievraag herhaalt wat eerder in het gesprek al aan bod gekomen is, mag de speler die aan de beurt is een volgende kaart omdraaien. Dit gaat zo door totdat alle kaartjes omgedraaid zijn.
  4. Aan het einde van de discussie komen de spelers samen tot een oordeel over de tekst. In ronde 4 geven ze een oordeel uitgedrukt in sterren en motiveren zij hun keuze.

Inleiding

‘De dromen waarmee ieder van hen vertrokken was, waren gaandeweg verdord en afgestorven. Hun dromen verschilden in maat en gewicht, in sommigen leefden ze langer voort dan in anderen, maar verdwenen waren ze uiteindelijk bijna allemaal. De zon had ze verpulverd, de regen spoelde ze weg. (…). Achter hen werden hun voetstappen vlug uitgewist. Ze waren voorbijgangers, ze lieten geen sporen en geen herinneringen na.’ (p. 15 en 17).

Dit zijn de namen is een roman van Tommy Wieringa die in 2013 bekroond werd met de Libris Literatuurprijs. Het is een verhaal over een groep vluchtelingen die een hopeloze tocht door een woestijn onderneemt op weg naar een beter leven. De vluchtelingen hebben geen naam en geen geschiedenis en onderweg lijken ze bovendien hun morele besef te verliezen. Uiteindelijk worden ze opgepakt door Pontus Beg, een politiecommissaris in het fictieve plaatsje Michailopol. In het verhaal maakt Beg een omgekeerde beweging: waar de vluchtelingen hun identiteit verloren hebben, vindt Beg die juist terug wanneer hij ontdekt dat hij een Joodse achtergrond heeft. Daarmee is hij een afstammeling van het Joodse volk dat ooit door de woestijn de Egyptische slavernij ontvluchtte op weg naar het beloofde land Israël. Dat oerverhaal over migratie, opgeschreven in het Bijbelboek Exodus en cruciaal voor de Joodse religie en identiteit, begint niet toevallig ook met de woorden ‘Dit zijn de namen’. Wat betekent het om je naam en je identiteit te verliezen, of om die juist te herwinnen? Welke beelden over migratie en vluchten krijgen we in de media voorgeschoteld, en hoe gaat literatuur daarmee om? Dit zijn de namen laat je nadenken over dergelijke politieke, religieuze en literatuurwetenschappelijke vragen.

Ronde 1: Quiz



Quizvraag

1. Uit wie bestond de groep vluchtelingen aan het begin van het boek?

2. Wat voor liedje had Pontus Beg in zijn hoofd?

3. Wat hadden de vijf overgebleven vluchtelingen bij zich toen ze gearresteerd werden door Pontus’ collega’s?

4. Welke overtreding van de Joodse wetten begaat Pontus Beg nadat zijn Joodse achtergrond is vastgesteld?

5. Wat stelt Pontus Beg de jongen aan het eind van het verhaal voor?

Antwoorden

  1. Een jongen, Vitaly, de stroper, een lange man, een vrouw, een man uit Asjchabad.
  2. Een Jiddisch liedje over Rivkele.
  3. Het hoofd van Afrika.
  4. Zijn maaltijd bij de Chinees is niet kosjer.
  5. Een Jood worden.

Ronde 2: Vragenrondje

Wat begreep je niet zo goed tijdens het lezen van Dit zijn de namen? Formuleer een vraag over de tekst en probeer samen tot een antwoord te komen.

Ronde 3: Discussie



Feest der herkenning?

Kaart 1/8 - Feest der herkenning?

Sommigen onder de vluchtelingen stelen van de doden in de woestijn. In hoeverre kun je dit gedrag waarderen en begrijpen?

Kaart 2/8 - Feest der herkenning?

‘Het gaat niemand wat aan. Alleen die erbij waren.’ Dit zegt de jongen wanneer Pontus wil weten wat er in de woestijn gebeurd is. In hoeverre vind je dat de jongen gelijk heeft?

Kaart 3/8 - Feest der herkenning?

Velt de roman volgens jou een moreel oordeel (wat is goed en slecht) over het gedrag van Pontus Beg of de vluchtelingen? En hoe zit dat bij jou als lezer: veroordeel jij het gedrag van de personages terwijl je leest?

Kaart 4/8 - Feest der herkenning?

‘Jood, niet Jood, maakt het werkelijk verschil voor u?’; een vraag van de Rabbijn. Hoe denkt Pontus hierover en hoe denk jij hierover?

Kaart 5/8 - Feest der herkenning?

Welk beeld schetst dit verhaal van vluchtelingen en in welke mate verschilt dat van jouw eigen ideeën over deze groep?

Kaart 6/8 - Feest der herkenning?

‘Afrika’ is de enige vluchteling die al tijdens de tocht een naam krijgt. Wat vind je van deze naam en van de manier waarop dit personage wordt afgebeeld?

Kaart 7/8 - Feest der herkenning?

Zijn vluchtelingen in de wereld buiten het boek ook ‘naamloos’ volgens jou, of in welke situaties krijgen zij juist een naam? Welke consequenties heeft die naamloosheid?

Kaart 8/8 - Feest der herkenning?

Uiteraard spelen de media een belangrijke rol in de beeldvorming over migratie en vluchtelingen. Hoe zit dat bij een roman als Dit zijn de namen: draagt literatuur ook bij aan deze beeldvorming volgens jou?

Feest der herkenning?

Dit was het laatste kaartje!



Stof tot nadenken?

Kaart 1/8 - Stof tot nadenken?

Lees het citaat uit de inleiding nogmaals. Kom je als lezer te weten wat precies de dromen van de vluchtelingen zijn? Waarvoor vluchten ze volgens jou en waarnaar zijn ze op zoek?

Kaart 2/8 - Stof tot nadenken?

Volgens het citaat laten de vluchtelingen ook geen sporen en herinneringen na: ze hebben geen geschiedenis. Hoe zie je dat kenmerk terug in het verhaal?

Kaart 3/8 - Stof tot nadenken?

‘Nu zijn ze niemand meer.’ Welke elementen uit het verhaal ondersteunen deze uitspraak en welke gevolgen van het ‘niemand meer zijn’ laat het verhaal volgens jou zien?

Kaart 4/8 - Stof tot nadenken?

De titel van het boek is Dit zijn de namen. Kun je een verklaring geven voor deze titel? Wat is het belang van namen, denk je?

Kaart 5/8 - Stof tot nadenken?

Welke rol speelt volgens jou de ruimte in beide verhaallijnen: de naamloze steppe en het naamloze grensland van Pontus?

Kaart 6/8 - Stof tot nadenken?

Het verhaal citeert de filosoof Confucius: ‘Alle mensen zijn hetzelfde. Het zijn slechts hun gebruiken die verschillen.’ Welke bewijzen kun je in het boek voor en tegen deze uitspraak vinden?

Kaart 7/8 - Stof tot nadenken?

De roman wijst op vele plekken terug naar het verhaal van Mozes en de uittocht uit Egypte. Wat weet je nog meer over het verhaal van Mozes en waarom is het zo’n belangrijke verwijzing voor Wieringa denk je?

Kaart 8/8 - Stof tot nadenken?

De roman is opgedeeld in twee verhaallijnen die uiteindelijk samen komen. Zie je een overeenkomst in de ontwikkeling van Pontus Beg en die van de vluchtelingen?

Stof tot nadenken?

Dit was het laatste kaartje!

Ronde 4: Oordeel

Geef Dit zijn de namen samen een waardering uitgedrukt in sterren. Beargumenteer vervolgens jullie keuze. Wat vonden jullie goed en wat juist minder goed? Heeft de discussie jullie individuele oordeel veranderd, en zo ja, hoe? Probeer voorbeelden en argumenten te halen uit jullie reacties op de discussievragen.

Heb je zelf een goede discussievraag die nog niet gesteld is? Vul die dan in, dan voegen wij de vraag aan een van de stapeltjes toe.

Leesclubs_respons