Spelregels

In deze leesclub discussieer je met een groepje van 4 tot 6 lezers over Schaduwbroer van Iris Hannema. Je doet dat aan de hand van kaartjes met vragen over de tekst. De leesclub begint met een korte inleiding, die een van de spelers voorleest. Daarna volgen 4 rondes:

  1. Ronde 1 bestaat uit 5 vragen over het verloop van verhaal. De spelers draaien om de beurt een kaartje om en geven antwoord op de vraag. Daarna mogen andere spelers reageren.
  2. Ronde 2 is een vragenrondje waarin elke speler een vraag mag formuleren aan een van de personages.
  3. Ronde 3 is de discussieronde. In deze ronde draaien de spelers om de beurt een kaartje om van een stapel naar keuze. Hij of zij geeft antwoord op de vraag, waarna de rest mag reageren. Vervolgens kiezen de overige spelers om de beurt een kaartje van een van beide stapels. Als een discussievraag herhaalt wat eerder in het gesprek al aan bod gekomen is, mag de speler die aan de beurt is een volgende kaart omdraaien. Dit gaat zo door totdat alle kaartjes omgedraaid zijn.
  4. Aan het einde van de discussie komen de spelers samen tot een oordeel over de tekst. In ronde 4 geven ze een oordeel uitgedrukt in sterren en motiveren zij hun keuze.

Inleiding

Mijn broer heeft me postuum naar Japan gestuurd zodat ik mezelf zou losknippen, een sterkere Hebe-versie van mezelf zou gaan knutselen, een rijkere identiteit dan alleen de zus-van. Ik wist niet beter dan dat die afhankelijkheid er altijd was geweest maar nu, achteraf, denk ik dat die verantwoordelijkheid hem is gaan benauwen, dat hij het zwaar vond omdat ik hem, als onvoorwaardelijke fan van wie hij was, niet vrij liet om te ontspannen. (p. 221)

Hebe is zeven maanden geleden haar tweeëntwintigjarige broer verloren. Vermoedelijk is hij verdronken tijdens het freediven in Japan, maar zijn lichaam is nooit gevonden. Bij zijn vertrek gaf hij haar een ansichtkaart met een haiku erop. Voor Hebe bestaat deze kaart nu uit aanwijzingen: hoe is Alec overleden, welke boodschap zit er achter de dichtregels van de haiku verborgen? Afgezonderd van haar thuisfront begint ze aan haar eerste soloreis, net zoals haar oudere broer dit altijd deed. Het is voor Hebe niet geheel duidelijk waar ze naar op zoek is, wat ze wil gaan doen tijdens haar reis en waar ze uiteindelijk heen wil. Ze weet alleen dat ze naar Japan moet, want dit was het droomland van Alec en haar.

In deze leesclub ga je in gesprek over reizen en rouw. Je spreekt over omgaan met jezelf, en over relaties met je familie en anderen.

Ronde 1: Grip op het verhaal



Grip op het verhaal

1. Hoe is Alec overleden?

2. Wat gaat per ongeluk kapot voordat Hebe überhaupt uit Nederland weg is?

3. In Alecs haiku stond: ‘hij die zonder mij vertrok, heeft dat wat jij zoekt’ (p. 18). Hoe komt Hebe er uiteindelijk achter wie zonder Alec vertrok?

4. Waarom is Butler op Ishigaki?

5. Hoe komt Alecs pakketje bij Hebe terecht?

Dit was het laatste kaartje!

Antwoorden
1. Officieel door ‘verdrinking’, maar Alec heeft een einde aan zijn leven gemaakt.
2. Hebes mobiele telefoon
3. Ze bedenkt in een café dat iemand Alec als laatste heeft gezien.
4. Hij is op Ishigaki om onderzoek te doen naar Aum Shinriky, een Japanse terroristische sekte.
5. Kazuo brengt het naar haar hostel.

Ronde 2: Vragenrondje

Hieronder staan verschillende fragmenten uit het boek. Kies allemaal één fragment. Bedenk en noteer een vraag die je aan een van de personages zou willen stellen. Probeer samen antwoord te geven op die vraag.

  • Afscheid op Schiphol: ‘Mijn ouders … met woorden.’ (p. 25 – 27)
  • Alecs training voor duiken: ‘Zo kon … verstikt jaloezie.’ (p. 68 – 69)
  • Hebes verjaardag: ‘Morgen ben … head first.’ (p. 76)
  • Hoe gaat men met de dood om: ‘Als je … mijn ouders.’ (p. 85 – 86)
  • Hebe denkt terug aan een ontmoeting met Astrid in Amsterdam: ‘Vanaf het … ertegenover stond.’ (p. 134 -137)
  • Hebe heeft een pakketje van haar broer ontvangen: ‘Het is … is dichtgedraaid.’ (p. 243 – 245)

Ronde 3: Discussie



Feest der herkenning?

Kaart 1/8 - Feest der herkenning?

Hebe en Alec hadden een hechte broer-zusrelatie. Herken je dit? Heb je zelf zo’n band met een broer, zus, of ander familielid? Lijkt het je fijn om dit te hebben of juist niet? Leg uit waarom wel of niet.

Kaart 2/8 - Feest der herkenning?

‘De beste ideeën komen bij mij vaak achteraf, alsof ze achter de werkelijkheid aanhobbelen’ (p. 37). Waarom denk je dat dit zo is voor Hebe? Herken je dit verschijnsel bij jezelf, of niet? Leg je antwoord uit.

Kaart 3/8 - Feest der herkenning?

‘Niemand kijkt naar me, ik ben helemaal met mezelf in een overvolle metro, een buitenaardse ervaring. Je wordt onzichtbaar als mensen je niet aankijken en dus moet je hier extra in jezelf geloven om te voelen dat je bestaat’ (p. 45). Wat bedoelt Hebe hiermee volgens jou? Zou jij dit in haar situatie ook zo ervaren? Leg uit waarom wel of niet.

Kaart 4/8 - Feest der herkenning?

Na haar eerste ontmoeting met Kimitake legt Hebe uit wat uchi en soto betekenen. Ze noemt het ook wel thuisgezicht en buitengezicht (p. 57). Herken je dit in je eigen leven? Hoe zie je dit om je heen?

Kaart 5/8 - Feest der herkenning?

Astrid vindt het moeilijk dat Hebe op reis gaat en snapt niet waarom Hebe niet weet wanneer ze terugkomt. Aan de andere kant heeft Hebe moeite met het begrijpen van Astrid en haar gedragingen. Beide vriendinnen vinden dat de ander iets fout doet. Hoe zie jij dit?

Kaart 6/8 - Feest der herkenning?

Na hun ontmoeting in het vliegtuig heeft Nina moeite met Hebe loslaten en gaat ze haar min of meer stalken. Waarom vertrouwde Hebe Nina eerst wel? Leg uit of jij wel of niet hetzelfde had gedaan.

Kaart 7/8 - Feest der herkenning?

‘Liever “ja” en dan niet komen opdagen, dat wordt als beleefder gezien dan te zeggen dat je niet kunt. Hoe onhandig, al die gradaties van het woord “nee”’ (p. 188). Communicatie werkt in Japan anders dan in Nederland. Welke andere cultuurverschillen vielen je op in het boek? Wat voor cultuurverschillen ben je wel eens tegengekomen in je eigen leven?

Kaart 8/8 - Feest der herkenning?

Uiteindelijk gaat Hebe ook duiken bij Ishigaki. Leg uit waarom ze dat doet. Zou jij hetzelfde hebben gedaan? Licht je antwoord toe.

Feest der herkenning?

Dit was het laatste kaartje!



Stof tot nadenken?

Kaart 1/8 - Stof tot nadenken?

Als kind waren Hebe en Alec ervan overtuigd dat ze in het verkeerde land geboren waren. Nederlanders zijn volgens hen te direct en te luid; ze waren liever opgegroeid in Japan. Denk je dat Hebe na haar reis naar Japan hier nog steeds zo over denkt? Leg je antwoord uit.

Kaart 2/8 - Stof tot nadenken?

Hebe denkt veel na over identiteit, vooral in combinatie met cultuur, de samenleving en haar familie. Hebe stelt dat je identiteit op reis vloeibaar kan zijn, maar thuis niet: ‘Daar heersen vaste ideeën over hoe je je gedraagt, ons kent ons, en over iedereen die zich er niet aan houdt wordt extreem lelijk gepraat’ (p. 118). Ben je het met haar eens? Leg je antwoord uit.

Kaart 3/8 - Stof tot nadenken?

‘Hoe niet-Nederlands zijn stoffen klompen en toch doet het buitenlanders denken aan Nederland. Dat is het vreemde aan herinneringen: ze hoeven niet eens te kloppen’ (p. 23). Denk je dat Hebe een correct beeld geeft van de Japanse cultuur? Leg je antwoord uit met voorbeelden uit het boek.

Kaart 4/8 - Stof tot nadenken?

Hebe worstelt met het verlies van haar broer, waar verschillende emoties bij komen kijken. Ze stelt: ‘Boos-zijn beschermt je, want zolang je boos bent, kun je niet verdrietig zijn, en wie niet verdrietig is, kan niet beginnen met rouwen’ (p. 166). Ben jij het met haar eens? Waarom wel of waarom niet?

Kaart 5/8 - Stof tot nadenken?

Hebe is opgelucht dat er in Tokio geen mensen rondlopen die op Alec lijken, maar ze kan niet stoppen met nadenken over zijn dood en hoe ze daarmee om moet gaan: ‘Maar doden komen niet terug en mensen veranderen niet, ze doen alleen alsof’ (p. 85). Ben jij het hiermee eens? Denkt Hebe aan het eind van het verhaal nog steeds zo? Leg je antwoord uit.

Kaart 6/8 - Stof tot nadenken?

Wanneer Hebe met Butler samen is, denkt ze erover na of het zin heeft om tijdelijk van iemand te houden (p. 257-258). Haar antwoord is uiteindelijk heel duidelijk: ja. Ben jij het met Hebe eens? Waarom wel of waarom niet?

Kaart 7/8 - Stof tot nadenken?

Hebe ziet afscheid nemen van mensen als iets wat je kunt leren en makkelijker kan worden. Hoe denk jij hierover?

Kaart 8/8 - Stof tot nadenken?

Je zou kunnen zeggen dat Hebe op reis leert om zich alleen te redden, maar je kunt ook beargumenteren dat ze juist anderen nodig blijkt te hebben. Wat vind jij? Leg je antwoord uit.

Stof tot nadenken?

Dit was het laatste kaartje!

Ronde 4: Oordeel

Geef Schaduwbroer samen een waardering uitgedrukt in sterren. Beargumenteer vervolgens jullie keuze. Wat vonden jullie goed en wat juist minder goed? Heeft de discussie jullie individuele oordeel veranderd, en zo ja, hoe? Probeer voorbeelden en argumenten te halen uit jullie reacties op de discussievragen.

Heb je zelf een goede discussievraag die nog niet gesteld is? Vul die dan in, dan voegen wij de vraag aan een van de stapeltjes toe.

Leesclubs_respons