Spelregels
In deze leesclub discussieer je met een groepje van 4 tot 6 lezers over Iedereen krijgt klappen van Khalid Boudou. Je doet dat aan de hand van kaartjes met vragen over de tekst. De leesclub begint met een korte inleiding, die een van de spelers voorleest. Daarna volgen 4 rondes:
- Ronde 1 bestaat uit 5 vragen over het verloop van verhaal. De spelers draaien om de beurt een kaartje om en geven antwoord op de vraag. Daarna mogen andere spelers reageren.
- Ronde 2 is een vragenrondje waarin elke speler een vraag mag formuleren aan een van de personages.
- Ronde 3 is de discussieronde. In deze ronde draaien de spelers om de beurt een kaartje om van een stapel naar keuze. Hij of zij geeft antwoord op de vraag, waarna de rest mag reageren. Vervolgens kiezen de overige spelers om de beurt een kaartje van een van beide stapels. Als een discussievraag herhaalt wat eerder in het gesprek al aan bod gekomen is, mag de speler die aan de beurt is een volgende kaart omdraaien. Dit gaat zo door totdat alle kaartjes omgedraaid zijn.
- Aan het einde van de discussie komen de spelers samen tot een oordeel over de tekst. In ronde 4 geven ze een oordeel uitgedrukt in sterren en motiveren zij hun keuze.
Inleiding
‘Mickey heeft mij proberen te overtuigen dat een slecht begin niet per se een slecht leven hoeft te betekenen. Soms kan het zelfs meer opleveren, zei hij. Maar lastig wordt het wel, weet ik nu. Je komt langzamer vooruit en je moet meer verleidingen weerstaan. Je moet hard knokken om het goede uiteindelijk te zien.’ (p. 22)
In Iedereen krijgt klappen van Khalid Boudou kijkt Taha vanuit Frankrijk terug op hoe hij in de problemen is gekomen. Hij stond op het punt mee te doen aan de Europese kampioenschappen voor boksen, maar door een ongeluk valt zijn deelname in het water. Na het ongeluk is Taha niet alleen het boksen kwijt, maar ook de structuur en kleur die zijn leven daardoor kreeg. Hij probeert verschillende baantjes uit om die weer terug te vinden, maar zonder succes. Zijn oude bokstrainer Mickey raadt hem aan een poosje rust te nemen. Hierdoor heeft Taha opeens veel tijd om zijn omgeving te observeren en ziet hij veel problemen in de wijk. Hij schiet op straat een meisje te hulp dat in de drugshandel verzeild is geraakt. Ze behoort eigenlijk tot de mensen bij wie Taha uit de buurt probeert te blijven. Terwijl Taha de bedoeling heeft om mensen te helpen, raakt hij langzaamaan van het juiste pad.
In deze leesclub denk je na over schuld en criminaliteit: welke keuzes maak je zélf, en welke invloed hebben je familie of omgeving op de keuzes die je maakt?
Ronde 1: Grip op het verhaal
Grip op het verhaal
1. Hoe verloor Taha zijn hand?
2. Hoe ontmoeten Taha en Noa elkaar?
3. Wat is het eerste baantje dat Taha vindt na het ongeluk?
4. Wat is het doel van Happy Face?
5. Wat gebeurt er bij de Rotaryclub?
Dit was het laatste kaartje!
Ronde 2: Vragenrondje
Hieronder staan verschillende fragmenten uit het boek. Kies allemaal één fragment. Bedenk en noteer een vraag die je aan een van de personages zou willen stellen. Probeer samen antwoord te geven op die vraag.
- Taha stelt dat hij is veranderd: ‘Je zult … nu zit.’ (p. 17)
- Taha traint voor het kampioenschap: ‘“Je hebt … me regelde.’ (p. 31-32)
- Latif doet een voorstel: ‘“Taha, ik … Taha, wacht!”’ (p. 76-78)
- Taha is op het politiebureau: ‘De agent … van Nederland.’ (p. 96-97)
- Taha uit zijn zorgen naar Mickey: ‘Mickey nam … keer af.”’ (p. 115-117)
- Taha moet voor de rechter verschijnen: ‘De dag … goed hart!”’ (p. 145-146)
Ronde 3: Discussie
Feest der herkenning?
Kaart 1/8 - Feest der herkenning?
Taha zegt het volgende over school: ‘Waarom leren ze je al die hyperbolenshit en leren ze je niet over hoe je een beetje moet leven?’ (p. 18). Snap je wat hij bedoelt? Leg je antwoord uit.
Kaart 2/8 - Feest der herkenning?
Taha vertelt: ‘Als mijn moeder weer eens zo hysterisch deed en schreeuwde, begon mijn broertje hard te huilen. Ik troostte hem door te zeggen dat hij zijn bek moest houden’ (p. 20. Waarom reageert Taha zo, denk je? Wat vind jij hiervan?
Kaart 3/8 - Feest der herkenning?
Waarom is het volgens Mickey en Taha zo belangrijk om goed Nederlands te kunnen spreken en schrijven? Ben je het hier mee eens? Leg je antwoord uit.
Kaart 4/8 - Feest der herkenning?
Lees het citaat in de inleiding van deze leesclub. Mickey lijkt hier te zeggen dat je zelf de baas bent over je eigen leven en geluk. Ben je het met hem eens? Leg je antwoord uit?
Kaart 5/8 - Feest der herkenning?
Maartje denkt in eerste instantie dat de buurt niet blij zal zijn met het Happy Face evenement: ‘Die willen niet dat er nadruk komt te liggen op de negatieve dingen in de wijk’ (p. 64). Waarom is dit tegenstrijdig?
Kaart 6/8 - Feest der herkenning?
Iemand stelt: ‘Maar waarom al die moeite doen als niemand om je geeft in deze rotwereld? Je had gewoon die gore drugswijk in de fik moeten steken. Laat ze zelf hun shit opruimen’ (p. 149). Denk je dat Taha het hiermee eens zou zijn? En jij? Leg je antwoord uit.
Kaart 7/8 - Feest der herkenning?
Taha stelt: ‘Nooit in mijn leven was ik zo kwaad geweest als toen ik werd gepakt (…). Dat ik zo naïef was geweest. Maar nu was ik er echt klaar me. We gingen alleen nog maar onszelf redden’ (p. 154). Wat vind jij van deze houding?
Kaart 8/8 - Feest der herkenning?
Wanneer Taha de eerste keer wordt vrijgelaten uit de jeugdinrichting, verwacht een medewerker dat Taha snel weer terug zal zijn. Wat vind je van deze voorspelling?
Feest der herkenning?
Dit was het laatste kaartje!
Stof tot nadenken?
Kaart 1/8 - Stof tot nadenken?
Het verhaal wordt verteld vanuit Taha. Wat valt je op aan Taha’s vertelwijze?
Kaart 2/8 - Stof tot nadenken?
Lees het fragment in de inleiding van deze leesclub. Wat Taha hier zegt, blijkt ook uit veel gebeurtenissen die in het boek worden beschreven. Noem een voorbeeld.
Kaart 3/8 - Stof tot nadenken?
Wat voor beeld krijg je van de moeder van Taha?
Kaart 4/8 - Stof tot nadenken?
Na het ongeluk stelt Mickey: ‘Denk je dat jij de enige bent die klappen in het leven krijgt?! Denk je dat echt? Dat je de enige bent die tegenslagen moet incasseren? Jullie jongeren denken tegenwoordig maar dat het leven een Hollywoodfilm is’ (p. 41-42). Waarom is Mickey hier zo hard tegen Taha?
Kaart 5/8 - Stof tot nadenken?
Noa voelt zich snel thuis bij Taha, nadat hij haar heeft gered. Denk je dat zij van begin af aan van plan was om hem te gebruiken? Leg je antwoord uit.
Kaart 6/8 - Stof tot nadenken?
Wanneer Taha met Noa en Latif naar een speeltuintje gaat, laat hij zich overhalen door Latif om een joint te roken, ondanks dat Taha dit eigenlijk niet wil (p. 71-72). Waarom gebeurt het dan toch?
Kaart 7/8 - Stof tot nadenken?
Taha besluit uiteindelijk om Noa terug te pakken voor wat ze hem heeft aangedaan. Kun je je voorstellen dat hij wraak wilde nemen? Welke andere manieren zijn er om met zijn boosheid om te gaan? Leg je antwoord uit.
Kaart 8/8 - Stof tot nadenken?
Is Taha in jouw ogen schuldig? Leg uit waarom wel of niet?
Stof tot nadenken?
Dit was het laatste kaartje!
Ronde 4: Oordeel
Geef Iedereen krijgt klappen samen een waardering uitgedrukt in sterren. Beargumenteer vervolgens jullie keuze. Wat vonden jullie goed en wat juist minder goed? Heeft de discussie jullie individuele oordeel veranderd, en zo ja, hoe? Probeer voorbeelden en argumenten te halen uit jullie reacties op de discussievragen.