Spelregels

In deze leesclub discussieer je met een groepje van 4 tot 6 lezers over Alleen maar nette mensen van Robert Vuijsje. Je doet dat aan de hand van kaartjes met vragen over de tekst. De leesclub begint met een korte inleiding, die een van de spelers voorleest. Daarna volgen 4 rondes:

  1. Ronde 1 bestaat uit 5 quizvragen over de tekst. Een van de spelers leest de vragen voor en alle spelers (inclusief voorlezer) schrijven hun antwoorden op een blaadje. Na het omdraaien van de laatste vraag verschijnen de juiste antwoorden in beeld. Daarna berekent iedereen zijn score.
  2. Ronde 2 is een algemeen vragenrondje over de tekst: de spelers benoemen om de beurt wat ze onduidelijk vonden en proberen samen een antwoord te vinden. Als de grootste onduidelijkheden opgelost zijn, begint ronde 3.
  3. Degene met de meeste goede antwoorden op de quizvragen mag als eerste een kaartje van de discussievragen omdraaien van een stapel naar keuze. Hij of zij geeft antwoord op de vraag, waarna de rest mag reageren. Vervolgens kiezen de overige spelers om de beurt een kaartje van een van beide stapels. Als een discussievraag herhaalt wat eerder in het gesprek al aan bod gekomen is, mag de speler die aan de beurt is een volgende kaart omdraaien. Dit gaat zo door totdat alle kaartjes omgedraaid zijn.
  4. Aan het einde van de discussie komen de spelers samen tot een oordeel over de tekst. In ronde 4 geven ze een oordeel uitgedrukt in sterren en motiveren zij hun keuze.

Inleiding

In Oud-Zuid was ik de zoon van de baas van het enige fatsoenlijke programma op de vaderlandse televisie, hij was beroemd in Oud-Zuid, mijn moeder ook, omdat ze partner was op advocatenkantoor Korthals Altes, Schweitzer & Samuels, mijn vrienden zaten allemaal op de universiteit, ze wisten precies wat ze later wilden worden, bijna iedere dag werd aan mij gevraagd wat ik later wilde worden, als je niets bent en niet eens weet wat je wilt worden, dan is Oud-Zuid niet leuk, dan vinden ze je zielig, niemand zal het in je gezicht zeggen, maar je weet dat ze het denken, mijn problemen waren legitiem, alleen anders dan die van Rowanda en – stop.

David Samuels heeft drie jaar geleden het gymnasium afgerond en woont bij zijn ouders in Amsterdam Oud-Zuid, een buurt met ‘alleen maar nette mensen’. Zijn vrienden gaan studeren, maar David weet niet goed wat hij wil. Sinds zijn twaalfde heeft hij verkering met Naomi, maar het liefst wil hij een zwarte vrouw met grote borsten en ‘een dikke bil’. Zijn relatie met Naomi zet hij op pauze, en hij krijgt verkering met Rowanda, een vrouw van Surinaamse afkomst uit de Bijlmer. Maar is zij wel de ware voor hem?

Alleen maar nette mensen is een boek dat tot veel discussie geleid heeft onder lezers. De schrijver, Robert Vuijsje, schreef een roman over discriminatie en vooroordelen,   maar voor sommige lezers ging hij te ver. Zij vonden de uitspraken van zijn personages over zwarte Nederlanders pijnlijk om te lezen. In deze leesclub doen jullie mee aan deze discussie: over vooroordelen in de multiculturele samenleving, en over het effect van een verhaal dat jou uitdaagt tot een reactie op die vooroordelen.

Ronde 1: Quiz



Quizvraag

1. Hoe heet de psycholoog waar David naartoe gestuurd wordt?

  1. Dr. Bernhof
  2. Dr. Bernstein
  3. Dr. Phill

2. Aan wat voor soort mannen heeft Rowanda een hekel?

  1. Witte mannen
  2. Liegmannen
  3. Jokkebrokken

3. Naar welke stad in Amerika gaat David toe?

4. Wat eten ze vaak bij Rowanda thuis?

  1. Patat
  2. Hamburgers
  3. Kip

5. Wat voor hotelkamer boeken David en Naomi om hun relatie spannender te maken?

  1. De bruidssuite
  2. De koningssuite
  3. De Yacuzzisuite

Antwoorden

  1. Antwoord 2: Dr. Bernstein
  2. Antwoord 2: Liegmannen
  3. Memphis
  4. Antwoord 3: Kip
  5. Antwoord 3: De Yacuzzisuite

Ronde 2: Vragenrondje

Wat vond je onduidelijk in Alleen maar nette mensen, wat begreep je niet zo goed? Formuleer om de beurt een vraag over de tekst en probeer samen tot een antwoord te komen.

Ronde 3: Discussie



Feest der herkenning?

Kaart 1/8 - Feest der herkenning?

David is opgegroeid in een elitaire omgeving. Dit heeft invloed op de persoon die hij nu is. Hoe zou jij de omgeving waarin jij bent opgegroeid omschrijven en kun je een voorbeeld geven van de manier waarop die omgeving bepaalt wie jij bent en wat je doet?

Kaart 2/8 - Feest der herkenning?

Als dokter Bernstein aan David vraagt wie hij is, vindt hij het lastig om daar een antwoord op te geven. Voelt hij zich een Nederlander, een Amsterdammer, een jood? Bij welke groep hoor jij, of vind je het ook lastig om dat uit te leggen (en zo ja, waarom)?

Kaart 3/8 - Feest der herkenning?

David krijgt een relatie met Rowanda en gaat om met mensen met een andere achtergrond. Zijn familie en vrienden vinden dat vreemd. Is dat voor jou ook vreemd, of bestaan er in jouw leven minder strakke grenzen tussen verschillende bevolkingsgroepen?

Kaart 4/8 - Feest der herkenning?

Hoe beoordeel jij de relatie tussen David en Rowanda? Is dit een goede relatie? Waarom wel/niet?

Kaart 5/8 - Feest der herkenning?

De mensen uit de verschillende bevolkingsgroepen met wie David omgaat, praten over totaal verschillende onderwerpen, en gebruiken ook heel verschillende woorden. Hoe zit dat bij jou, gebruik jij andere talen of andere manieren van spreken in verschillende situaties?

Kaart 6/8 - Feest der herkenning?

Op meerdere momenten in het verhaal wordt David gediscrimineerd. Zo komt hij een nachtclub niet binnen en moet hij zijn tas openen in een winkel. Heb jij wel eens te maken gehad met uitsluiting? Zo ja, hoe was dat voor jou? Zo nee, hoe zou jij omgaan met zo’n situatie?

Kaart 7/8 - Feest der herkenning?

David spreekt en schrijft regelmatig op een vernederende manier over Marokkaanse, Surinaamse en Antilliaanse Nederlanders. Leg uit hoe het voor jou was om zijn uitspraken te lezen. Hoor je zulke ideeën in je omgeving ook wel eens, en zo ja, hoe ga je daarmee om?

Kaart 8/8 - Feest der herkenning?

Alleen maar nette mensen geeft een negatief beeld van de multiculturele samenleving: verschillende groepen komen niet met elkaar in contact en hebben daardoor allerlei vooroordelen over elkaar. Welke aspecten van dat beeld over de multiculturele samenleving herken je in je eigen leven, en welke niet? Is het beeld uit de roman nog actueel?

Feest der herkenning?

Dit was het laatste kaartje!



Stof tot nadenken?

Kaart 1/8 - Stof tot nadenken?

Welke mensen behoren volgens David tot de groep ‘nette mensen’? Gedragen deze mensen zich ook allemaal netjes? Waarom wel/niet?

Kaart 2/8 - Stof tot nadenken?

Eén van de manieren waarop Rowanda in dit verhaal gekarakteriseerd wordt, is de manier waarop ze praat. Zo zegt Rowanda tegen David: ‘Zwarte mannen willen niet met me lopen. Dan gaan hun andere vrouwen erachter komen. Ze willen alleen bij me thuis komen om seks te doen. Jij niet.’ Hoe zou je Rowanda’s manier van praten omschrijven, en wat voor beeld krijg je van Rowanda door haar taalgebruik?

Kaart 3/8 - Stof tot nadenken?

Behalve door haar manier van praten wordt Rowanda ook gekarakteriseerd door haar uiterlijk en haar gedrag. Welke tegenstellingen worden gecreëerd tussen haar uiterlijk en gedrag en het uiterlijk en gedrag van Naomi?

Kaart 4/8 - Stof tot nadenken?

Aan het einde van het verhaal spreekt David af met Naima. Zij noemt zich een ‘wereldburger’. Welke verschillen zijn er tussen Naima en David? En tussen Naima, Rowanda en Naomi?

Kaart 5/8 - Stof tot nadenken?

Een multiculturele samenleving ontstaat als mensen uit verschillende culturen binnen één samenleving leven. De verschillende culturen, en de bijbehorende gewoontes, worden beschouwd als gelijkwaardig. Vind je dat de verschillende culturen in dit verhaal als gelijkwaardig worden gepresenteerd, of niet? Leg je antwoord uit.

Kaart 6/8 - Stof tot nadenken?

Sommige lezers waren woedend op Vuijsje, omdat hij een stereotype zou geven van Surinaamse en Antilliaanse Nederlanders. Een stereotype is een sterk vereenvoudigd beeld van een groep mensen waarbij bepaalde kenmerken worden uitvergroot en er geen plaats is voor nuance. Geeft het verhaal volgens jou een stereotype van zwarte Nederlanders? Waarom wel/niet?

Kaart 7/8 - Stof tot nadenken?

Vind je dat de schrijver verantwoordelijk is voor het effect van zijn verhaal op de lezer, of dat hij rekening moet houden met de emoties die zijn verhaal oproept? Beargumenteer je antwoord.

Kaart 8/8 - Stof tot nadenken?

Sommige lezers zien Alleen maar nette mensen dus als een verhaal dat vooroordelen in stand houdt door ze zo uitgebreid te beschrijven. Andere lezers vinden juist dat het boek vooroordelen bekritiseert door die vooroordelen op zo’n manier uit te vergroten dat iedereen ziet hoe fout ze zijn. Met welk type lezer ben jij het eens? Onderbouw je mening met voorbeelden uit de tekst.

Stof tot nadenken?

Dit was het laatste kaartje!

Ronde 4: Oordeel

Geef Alleen maar nette mensen samen een waardering uitgedrukt in sterren. Beargumenteer vervolgens jullie keuze. Wat vonden jullie goed en wat juist minder goed? Heeft de discussie jullie individuele oordeel veranderd, en zo ja, hoe? Probeer voorbeelden en argumenten te halen uit jullie reacties op de discussievragen.

Heb je zelf een goede discussievraag die nog niet gesteld is? Vul die dan in, dan voegen wij de vraag aan een van de stapeltjes toe.

Leesclubs_respons