Spelregels

In deze leesclub discussieer je met een groepje van 4 tot 6 lezers over De Engelenmaker van Stefan Brijs. Je doet dat aan de hand van kaartjes met vragen over de tekst. De leesclub begint met een korte inleiding, die een van de spelers voorleest. Daarna volgen 4 rondes:

  1. Ronde 1 bestaat uit 5 quizvragen over de tekst. Een van de spelers leest de vragen voor en alle spelers (inclusief voorlezer) schrijven hun antwoorden op een blaadje. Na het omdraaien van de laatste vraag verschijnen de juiste antwoorden in beeld. Daarna berekent iedereen zijn score.
  2. Ronde 2 is een algemeen vragenrondje over de tekst: de spelers benoemen om de beurt wat ze onduidelijk vonden en proberen samen een antwoord te vinden. Als de grootste onduidelijkheden opgelost zijn, begint ronde 3.
  3. Degene met de meeste goede antwoorden op de quizvragen mag als eerste een kaartje van de discussievragen omdraaien van een stapel naar keuze. Hij of zij geeft antwoord op de vraag, waarna de rest mag reageren. Vervolgens kiezen de overige spelers om de beurt een kaartje van een van beide stapels. Als een discussievraag herhaalt wat eerder in het gesprek al aan bod gekomen is, mag de speler die aan de beurt is een volgende kaart omdraaien. Dit gaat zo door totdat alle kaartjes omgedraaid zijn.
  4. Aan het einde van de discussie komen de spelers samen tot een oordeel over de tekst. In ronde 4 geven ze een oordeel uitgedrukt in sterren en motiveren zij hun keuze.

Inleiding

Hij keek opnieuw naar haar buik en vroeg zich af of hij ernaar moest vragen. Maar hij deed het niet. Hij wilde Victor niet uitdagen. Nog niet.

‘Als de dokter zegt dat het goed komt,’ zei hij, ‘zal het wel zo zijn.’

Daarna hadden ze de kamer verlaten en waren naar zijn kantoor gegaan.

‘Weet ze het?’ had hij meteen gevraagd

‘Wat?’

‘Dat ze vier kinderen krijgt. Vier jongens. Klonen.’ Van jou, had hij niet over zijn lippen kunnen krijgen.

De engelenmaker is een roman van de Vlaamse schrijver Stefan Brijs. In dit spraakmakende verhaal volg je de wetenschapper Victor Hoppe die na een conflict op zijn universiteit een huisartsenpraktijk opent in zijn geboortedorp. Victor heeft zijn jeugd doorgebracht in een katholiek gesticht, omdat hij niet sprak. Zijn familie dacht dat hij zwakzinnig was, maar later bleek dat zijn onvermogen een gevolg was van het syndroom van Asperger. Victor ontdekt zijn talenten en kwaliteiten en gaat geneeskunde studeren.

Victor heeft maar één doel en dat is God overtreffen door zelf leven te creëren. Met dit doel voor ogen heeft hij zichzelf gekloond: hij heeft drie zoons gekregen die hij voornamelijk ziet als onderzoeksobjecten. Er zitten fouten in hun DNA die hij probeert te repareren. Hij doet zijn best om het project verborgen te houden voor zijn dorpsgenoten. Hoe lang kan hij dat nog volhouden?

Wat is geoorloofd in de naam van de wetenschap? Hoe ver mag de mens gaan in zijn poging om leven en dood te controleren? In deze leesclub discussieer je over die vragen.

Ronde 1: Quiz



Quizvraag

1. Wie laat aan vader Karl Hoppe zien dat zijn zoon Victor niet zwakzinnig is?

 

2. Van welk lichamelijk gebrek heeft de familie Hoppe last?

3. Welk Bijbelverhaal moet Victor voorlezen om de zusters te tonen dat hij kan lezen?

4. Hoe zijn de drie zoons van Victor Hoppe verkleed als ze met Frau Maenhout naar het Drielandenpunt gaan?

5. Welke zin over God blijft Victor vanuit zijn jeugd altijd bij, vooral wanneer hij in aanraking komt met leven en dood?

Antwoorden

  1. Zuster Marthe
  2. Hazenlip
  3. Het verhaal over het Salomonsoordeel
  4. Ze zijn verkleed als de Drie Musketiers.
  5. God geeft en God neemt.

Ronde 2: Vragenrondje

Wat vond je onduidelijk in De engelenmaker, wat begreep je niet zo goed? Formuleer om de beurt een vraag over de tekst en probeer samen tot een antwoord te komen.

Ronde 3: Discussie



Feest der herkenning?

Kaart 1/8 - Feest der herkenning?

Door het syndroom van Asperger heeft Victor een zeer beperkt begrip van de emoties van anderen. Hoe was het voor jou als lezer om je in te leven in Victors keuzes en dilemma’s?

Kaart 2/8 - Feest der herkenning?

In hoeverre krijg je door het tweede deel, waarin je meer leest over de jeugd van Victor, meer sympathie voor hem? Is Victor volgens jou het slachtoffer van zijn jeugd?

Kaart 3/8 - Feest der herkenning?

Wat is het doel van Victor, wat wil hij bereiken? Vind je dat doel voorstelbaar en waar zouden voor jou de grenzen liggen om dit doel te bereiken?

Kaart 4/8 - Feest der herkenning?

Victor gaat erg ver in zijn wetenschappelijke experimenten, het klonen van mensen. Vind jij dat je als wetenschapper zo ver mag gaan en waarom wel of niet?

Kaart 5/8 - Feest der herkenning?

Zowel Frau Maenhout als de moeder van de drieling zien dat er veel mis is in het huis van Victor. Hoe ethisch is hun reactie in jouw ogen en hoe zou jij ingrijpen als je in zo’n situatie terecht was gekomen?

Kaart 6/8 - Feest der herkenning?

Wolfheim is een klein dorp waarin veel geroddeld wordt. Vind je dat dit dorp op een geloofwaardige manier is beschreven?

Kaart 7/8 - Feest der herkenning?

De Engelenmaker volgt een bekend verhaalpatroon: een vreemdeling arriveert in een kleine gemeenschap en zorgt voor de nodige beroering. Ken je andere voorbeelden van dit verhaalpatroon (uit films, series, romans etc.)?

Kaart 8/8 - Feest der herkenning?

Op welke manier heeft De Engelenmaker je geholpen om je gedachten te formuleren over de ethiek van de medische wetenschap en van klonen in het bijzonder?

Feest der herkenning?

Dit was het laatste kaartje!



Stof tot nadenken?

Kaart 1/8 - Stof tot nadenken?

Lees het citaat hierboven nogmaals, uit een gesprek tussen Victor en Rex Cremer. Rex verandert gaandeweg van standpunt over Victors experiment. Hoe kun je die verandering het best omschrijven?

Kaart 2/8 - Stof tot nadenken?

Wat zegt Victors keuze om de drieling te vernoemen naar de drie aartsengelen (Michaël, Rafaël en Gabriël) over zijn zelfbeeld?

Kaart 3/8 - Stof tot nadenken?

Victor ziet zichzelf als een menslievende Jezus. Welke aspecten uit het leven van Jezus zie je terug bij Victor en in hoeverre vind je de vergelijking verdedigbaar? Herken je ook kenmerken van de duivel in Victor?

Kaart 4/8 - Stof tot nadenken?

Welke aspecten uit de relatie Jezus – God zie je terug in de relatie tussen Victor en zijn vader?

Kaart 5/8 - Stof tot nadenken?

Welke directe en indirecte gevolgen heeft het contact met Marthe, de zuster uit het gesticht, op het leven van Victor?

Kaart 6/8 - Stof tot nadenken?

Deze roman laat ons nadenken over goed en kwaad, maar ook over schuld en onschuld. Wie is er verantwoordelijk en wie niet? Bespreek bijvoorbeeld Victor Hoppe, Rex Cremer, de drieling, Jezus en God.

Kaart 7/8 - Stof tot nadenken?

Victor weigert om in ‘Gods wil te berusten’ als het gaat om leven en dood. Maar Victor is daarin niet alleen: van wie zou je nog meer kunnen zeggen dat ze op Gods stoel gaan zitten en waarom?

Kaart 8/8 - Stof tot nadenken?

Romans kunnen net als lezers en auteurs ook een positie innemen in een bepaalde discussie. In hoeverre lees jij het verhaal De Engelenmaker als een afkeuring van medische experimenten van het type dat Victor doet?

Stof tot nadenken?

Dit was het laatste kaartje!

Ronde 4: Oordeel

Geef De engelenmaker samen een waardering uitgedrukt in sterren. Beargumenteer vervolgens jullie keuze. Wat vonden jullie goed en wat juist minder goed? Heeft de discussie jullie individuele oordeel veranderd, en zo ja, hoe? Probeer voorbeelden en argumenten te halen uit jullie reacties op de discussievragen.

Leesclubs_respons