Spelregels

In deze leesclub discussieer je met een groepje van 4 tot 6 lezers over Wij zijn evenwijdig van Maud Vanhauwaert. Je doet dat aan de hand van kaartjes met vragen over de tekst. De leesclub begint met een korte inleiding, die een van de spelers voorleest. Daarna volgen 4 rondes:

  1. Ronde 1 bestaat uit 3 vragen over de manier waarop jij poëzie leest. Een van de spelers leest de vragen voor, waarna steeds alle spelers kort reageren op de vraag.
  2. Ronde 2 is een algemeen vragenrondje over de tekst: de spelers benoemen om de beurt wat ze onduidelijk vonden en proberen samen een antwoord te vinden. Als de grootste onduidelijkheden opgelost zijn, begint ronde 3.
  3. Ronde 3 bestaat uit twee stapels met een aantal discussievragen, die de spelers in beurten omdraaien. Elke beurt kiest een speler een kaartje van een stapel naar keuze en leest de vraag voor. Hij of zij geeft antwoord op de vraag, waarna de rest mag reageren. De eerste vragen zijn voorzien van een voorbeeldantwoord, om je een beetje op gang te helpen. Als een discussievraag herhaalt wat eerder in het gesprek al aan bod gekomen is, mag de speler die aan de beurt is een volgende kaart omdraaien. Dit gaat zo door totdat alle kaartjes omgedraaid zijn.
  4. Aan het einde van de discussie komen de spelers samen tot een oordeel over de tekst. In ronde 4 geven ze een oordeel uitgedrukt in sterren en motiveren zij hun keuze.

Inleiding

Ik zie een vrouw met een opgestoken wijsvinger. Ik vraag “waar wijst u naar”. Zij zegt “ik wijs niet, ik stel een vraag”_

Wij zijn evenwijdig (2014) is de tweede dichtbundel van Maud Vanhauwaert. Het is een boekje met een opvallende vorm: 98 bladzijden die ongenummerd zijn, en waarop telkens twee korte tekstjes naast elkaar te vinden zijn. Die teksten lijken niet op traditionele gedichten, omdat de regelafbrekingen ontbreken die zo kenmerkend zijn voor poëzie. Het lijkt erop dat er een globaal ‘verhaal’ in de bundel zit. Een ik-figuur beweegt zich in het drukke stadsleven en komt met talloze mensen in contact: mensen in het openbaar vervoer, jongleurs, een moeder, een straatmuzikant, een chirurg… Veel van de gebeurtenissen lijken waarnemingen uit een droom en er treden vaak misverstanden tussen de personages op. Of je nu eerder fragmentjes uit de bundel leest of het hele boek lineair doorleest, opvallend is in elk geval de wrang-humoristische toon ervan.

Ronde 1: Jouw leesproces



Jouw leesproces

Hoe heb jij dit boek gelezen? Heb je het bijvoorbeeld lineair van kaft tot kaft gelezen of las je de gedichten kriskras door elkaar?

Heb je het gedicht stil gelezen of hardop? Wat deed dat met je ervaring van de gedichten?

Heb je het boek met plezier gelezen? Waarom wel of niet?

Dit was het laatste kaartje!

Ronde 2: Vragenrondje

Wat begreep je niet zo goed tijdens het lezen van Wij zijn evenwijdig? Formuleer een vraag over de tekst en probeer samen tot een antwoord te komen.

Ronde 3: Discussie



Feest der herkenning?

Kaart 1/8 - Feest der herkenning?

Bijna iedere tekst in de bundel eindigt met _. Welke associaties roept dat teken bij je op?

Kaart 2/8 - Feest der herkenning?

Op het eerste gezicht hebben de teksten uit de bundel weinig weg van gedichten. Vond jij de teksten herkenbaar als poëzie? Op basis van welke tekstkenmerken kreeg je die indruk?

Kaart 3/8 - Feest der herkenning?

Ken jij gedichten of dichtbundels die een vergelijkbare vorm hebben als Wij zijn evenwijdig?

Kaart 4/8 - Feest der herkenning?

Vanhauwaert laat ons op de achterflap van het boek de keuze hoe we de bundel lezen: ‘U kan dit boek lezen als een bundel gedichten, als een bochtig verhaal of als een kleurrijke optocht van droevige moppen.’ Hoe ben jij geneigd de bundel te lezen: als een reeks losse gedichten, als een verhaal of als een verzameling ‘moppen’?

Kaart 5/8 - Feest der herkenning?

Heb je je op sommige momenten kunnen verplaatsen in de ik-figuur of in andere figuren die in de bundel een rol spelen? Waarom wel of niet?

Kaart 6/8 - Feest der herkenning?

Maud Vanhauwaert is ook bekend als voordrachtsdichter. Leent deze poëzie zich goed tot voordracht? Waarom wel of niet?

Kaart 7/8 - Feest der herkenning?

Deze bundel is relatief dik voor een dichtbundel. Wat vind je daarvan: is het prettig dat het boek veel verschillende invalshoeken bevat, of hadden er wat jou betreft ook wel wat gedichten uit gekund?

Kaart 8/8 - Feest der herkenning?

We associëren poëzie vaak met gevoelens: de dichter zou zijn of haar gevoelens op papier willen uitdrukken. Beschouw jij Ik ben mogelijk ook als zo’n vorm van ‘gemoedsuitstorting’, en waarom wel of niet?

Feest der herkenning?

Dit was het laatste kaartje!



Stof tot nadenken?

Kaart 1/8 - Stof tot nadenken?

De titel en eerste regels van de bundel luiden: ‘Wij zijn evenwijdig_ / Raken elkaar in het oneindige’. Probeer samen te bepalen wat die ‘evenwijdigheid’ precies betekent: wat zegt dat woord over de verhouding tussen de personages uit de bundel?

Kaart 2/8 - Stof tot nadenken?

De bundel eindigt met het korte tekstje ‘Dan haakt ze haar arm in de mijne tot een lemiscaat. Kom. We zijn al laat_’ Wat is een lemniscaat en waarom zou dit begrip gebruikt worden?

Kaart 3/8 - Stof tot nadenken?

De gedichten in de bundel zijn ‘uitgevuld’ in een vierkante vorm. Welke interpretatie zou je daaraan kunnen geven?

Kaart 4/8 - Stof tot nadenken?

Zoek twee opeenvolgende teksten in de bundel die twee opeenvolgende scènes lijken te vormen. Welk (begin van een) verhaal wordt er in die twee gedichten verteld?

Kaart 5/8 - Stof tot nadenken?

Op het eerste gezicht heeft deze bundel een vrolijke toon, maar er zitten ook allerlei verwijzingen naar dood en ziekte in. Zoek een gedicht waarin het vrolijke en het sombere/morbide samenkomen. Wat zou de functie van deze combinatie van het vrolijke en het sombere zijn?

Kaart 6/8 - Stof tot nadenken?

De omslag is opvallend: niet alleen de titel ‘Wij zijn evenwijdig’ staat vermeld, maar ook het tweede en derde ‘gedicht’ in de bundel: ‘Raken elkaar in het oneindige’, ‘En we rennen’. Welke betekenis geef je daaraan?

Kaart 7/8 - Stof tot nadenken?

Maud Vanhauwaert heeft zichzelf met een koffer afgebeeld op de omslagfoto, en staat met haar rug naar de kijker gekeerd. Welke betekenissen zou je daaraan kunnen geven?

Kaart 8/8 - Stof tot nadenken?

Er zitten veel verwijzingen naar familierelaties in het boek. Zoek er een en probeer te bepalen wat voor (type) relatie in die tekst lijkt te worden uitgedrukt: een prettige, warme band, of een die ook met negatieve gevoelens beladen is?

Stof tot nadenken?

Dit was het laatste kaartje!

Ronde 4: Oordeel

Geef Wij zijn evenwijdig samen een waardering uitgedrukt in sterren. Beargumenteer vervolgens jullie keuze. Wat vonden jullie goed en wat juist minder goed? Heeft de discussie jullie individuele oordeel veranderd, en zo ja, hoe? Probeer voorbeelden en argumenten te halen uit jullie reacties op de discussievragen.

Heb je zelf een goede discussievraag die nog niet gesteld is? Vul die dan in, dan voegen wij de vraag aan een van de stapeltjes toe.

Leesclubs_respons