Spelregels

In deze leesclub discussieer je met een groepje van 4 tot 6 lezers over Otis van Martijn Niemeijer. Je doet dat aan de hand van kaartjes met vragen over de tekst. De leesclub begint met een korte inleiding, die een van de spelers voorleest. Daarna volgen 4 rondes:

  1. Ronde 1 bestaat uit 5 vragen over het verloop van verhaal. De spelers draaien om de beurt een kaartje om en geven antwoord op de vraag. Daarna mogen andere spelers reageren.
  2. Ronde 2 is een vragenrondje waarin elke speler een vraag mag formuleren aan een van de personages.
  3. Ronde 3 is de discussieronde. In deze ronde draaien de spelers om de beurt een kaartje om van een stapel naar keuze. Hij of zij geeft antwoord op de vraag, waarna de rest mag reageren. Vervolgens kiezen de overige spelers om de beurt een kaartje van een van beide stapels. Als een discussievraag herhaalt wat eerder in het gesprek al aan bod gekomen is, mag de speler die aan de beurt is een volgende kaart omdraaien. Dit gaat zo door totdat alle kaartjes omgedraaid zijn.
  4. Aan het einde van de discussie komen de spelers samen tot een oordeel over de tekst. In ronde 4 geven ze een oordeel uitgedrukt in sterren en motiveren zij hun keuze.

Inleiding

‘Ik piekerde over Stanley en Winston. [..] Als twee vrouwengekken in de oldtimer die ze van hun eerste geld in de fabriek hadden gekocht. Met andere kleren ook dan de mensen in het dorp droegen. En met expres een gouden oorring, omdat de Hollanders dat verwachtten. Hoe exotischer, hoe aantrekkelijker. Stanley had volgens Winston met de vrouwen willen stoppen. Waarom had hij dat niet gedaan?’ (p. 197)

 Otis woont met zijn moeder in een grote flat met bewoners van 90 verschillende nationaliteiten. Over zijn vader weet hij niets, zijn moeder is een vreselijke vrouw die niets anders doet dan klagen en mopperen. Hij wil van haar af en hij wil weten wat er met zijn vader is gebeurd. Als hij er eindelijk in is geslaagd van zijn moeder af te komen, wordt hij opgezadeld met een klein meisje. Wat zal hij doen: neemt hij zijn verantwoordelijkheid, ook al heeft niemand hem geleerd hoe?

In deze leesclub ga je in gesprek over de keuzes die Otis maakt, en hoe die keuzes worden beïnvloed door zijn omgeving en familie-achtergrond. Hoe word je gevormd door de mensen om je heen, en is het mogelijk om te ontsnappen aan je opvoeding en afkomst?

Ronde 1: Grip op het verhaal



Grip op het verhaal

1. Wat is er met Otis’ moeder gebeurd?

2. Wat kenmerkt de hoofdstukken met als titel ‘Wake’?

3. Welk speelgoed neemt Nuru overal mee naartoe?

4. Welk handeltje dreef Otis’ moeder?

5. Waar gaat Otis uiteindelijk wonen?

Dit was het laatste kaartje!

  1. Otis heeft zijn moeder op cruise gestuurd.
  2. Deze hoofdstukken bevatten de brieven die Otis ’s nachts aan zijn vader schrijft.
  3. haar pop
  4. Ze had een bank, leende geld aan flatgenoten.
  5. In het tuinhuis van Regina’s oom en tante, Jacob en Thandiwe

Ronde 2: Vragenrondje

Hieronder staan verschillende fragmenten uit het boek. Kies allemaal één fragment. Bedenk en noteer een vraag die je aan een van de personages zou willen stellen. Probeer samen antwoord te geven op die vraag.

  • Otis laat Nuru achter: ‘Ik dwaalde … maar uit.’ (p. 18-19)
  • Otis’ moeder gedraagt zich onmogelijk: ‘Teleurgesteld vroeg … geen leven!’ (p. 42-43)
  • Otis vindt de sleutel van de kluis: ‘In de schoolkantine … buiten nu.’ (p. 106-108)
  • Nuru moet mee naar school: ‘Ik belde … zeggen door.’ (p. 157-160)

Ronde 3: Discussie



Feest der herkenning?

Kaart 1/8 - Feest der herkenning?

Otis vindt zijn moeder vreselijk, hun flatgenoten vinden haar geweldig. Wat vind jij?

Kaart 2/8 - Feest der herkenning?

Vind je Otis een crimineel? Leg uit waarom wel of niet.

Kaart 3/8 - Feest der herkenning?

Waarom wil Otis de politie niet bellen over Nuru? Wat zou jij doen?

Kaart 4/8 - Feest der herkenning?

Als mensen vragen waar zijn moeder is, verzint Otis een smoesje. Waarom doet hij dat, denk je? Wat zou jij doen?

Kaart 5/8 - Feest der herkenning?

Welke rol vervult Winston in Otis’ leven? Vind je dat hij het goed gedaan heeft? Leg je antwoord uit.

Kaart 6/8 - Feest der herkenning?

Zelgai legt aan Otis uit dat Regina en hij graag mensen helpen: ‘Regina en ik geven om mensen. Zij gelooft in jou en ik nu ook. We slepen je graag door die examens heen’ (p.138). Ken jij iemand die zo leeft? Zou je zelf ook zo willen leven? Leg uit waarom wel of niet.

Kaart 7/8 - Feest der herkenning?

Volgens de flaptekst is dit ‘een thriller rond kleine criminaliteit in een flat.’ Vind je het boek een thriller? Leg je antwoord uit.

Kaart 8/8 - Feest der herkenning?

In een interview zegt de auteur Niemeijer: ‘Ik denk graag na over de spannende relatie die verhalen hebben tot de werkelijkheid en omgekeerd hoe de werkelijkheid wordt beïnvloed door verhalen’. Hoe geloofwaardig vind jij het boek? Is het belangrijk dat een boek geloofwaardig is? Leg je antwoorden uit.

Feest der herkenning?

Dit was het laatste kaartje!



Stof tot nadenken?

Kaart 1/8 - Stof tot nadenken?

Wat is een wake en waarom past die term bij de hoofdstukken die die titel dragen?

Kaart 2/8 - Stof tot nadenken?

Hoe verandert het beeld van Otis’ vader gaandeweg in de brieven die hij aan hem schrijft (in de hoofdstukken met ‘Wake’ in de titel)?

Kaart 3/8 - Stof tot nadenken?

Je kunt de flat met 90 verschillende nationaliteiten zien als een samenleving in het klein. Noem twee voorbeelden van situaties waarin Otis te maken krijgt met cultuurverschillen met zijn buurtgenoten.

Kaart 4/8 - Stof tot nadenken?

In het citaat bovenaan deze leesclub blijkt dat Otis’ vader zijn anders-zijn uitbuitte. Otis is ook anders in bepaalde situaties in dit boek. Noteer twee situaties en bespreek die. Buit Otis zijn anders-zijn uit? Leg je antwoord uit.

Kaart 5/8 - Stof tot nadenken?

Hoofdpersonen hebben vaak helpers en tegenstanders. Is Desi een helper of een tegenstander? Leg je antwoord uit.

Kaart 6/8 - Stof tot nadenken?

Langzaam ontdekt Otis meer over zijn vader. Zie je verschillen tussen het gedrag van Otis en dat van zijn vader? Leg je antwoord uit.

Kaart 7/8 - Stof tot nadenken?

In een interview zegt de auteur Niemeijer: ‘Verder lijkt het me geweldig om een door mij bedacht verhaal te kunnen terugzien in een film’. Is dit boek geschikt om te verfilmen? Hoe zou je dat doen? Wat gebruik je wel en wat niet?

Kaart 8/8 - Stof tot nadenken?

Er zijn meer boeken die net als Otis het opgroeien in een multiculturele flat of buurt centraal stellen, zoals Wees onzichtbaar van Murat Isik, Het gym van Karin Amatmoekrim. Zou je meer van zulke boeken willen lezen. Leg uit waarom wel of niet.

Stof tot nadenken?

Dit was het laatste kaartje!

Ronde 4: Oordeel

Geef Otis samen een waardering uitgedrukt in sterren. Beargumenteer vervolgens jullie keuze. Wat vonden jullie goed en wat juist minder goed? Heeft de discussie jullie individuele oordeel veranderd, en zo ja, hoe? Probeer voorbeelden en argumenten te halen uit jullie reacties op de discussievragen.

Heb je zelf een goede discussievraag die nog niet gesteld is? Vul die dan in, dan voegen wij de vraag aan een van de stapeltjes toe.

Leesclubs_respons